Canadair CL-215

Dit amfibie-blustoestel, dat schertsend ook de waterbommenwerper wordt genoemd, dient absoluut voor vredelievende doeleinden. De Canadair CL-215 uit de Vliegtuigenverzameling van Technik Museum Sinsheim werd in de jaren zestig ontworpen en in productie gebracht. Ze werden hoofdzakelijk ingezet bij de vaak voorkomende bosbranden aan de Middellandse Zee. Om de branden te bestrijden, draagt de CL-215 ongeveer 5.445 l water in twee tanks aan de romp. Het water kan, terwijl het vliegtuig over het water vliegt, uit een meer of een rivier in de buurt worden opgenomen door twee openingen aan de onderkant van de romp. Dan stijgt de machine opnieuw op en gooit uit het water boven het vuur. De operatie wordt zo vaak herhaald totdat het vuur is gedoofd. In de meeste gevallen kan er om de tien minuten een lading water worden afgeworpen.

Het gebruik van deze vliegtuigen was bijzonder spectaculair bij de grote bosbrandramp op de Lüneburger Heide in 1975. De waterbommenwerpers sleepten het tonnen bluswater aan uit het Steinhuder Meer en wierpen het op de vlammenhaarden. De CL-215 is relatief groot. Zijn spanwijdte bedraagt 28,60 m, de lengte 19,82 m en de hoogte 8,92 m. Dit type vliegtuig werd met een bemanning van zes personen ook als zoek- en reddingsvliegtuig ingezet.